Hoe POTS van mij een filmfanaat maakte

Sinds ik posturaal orthostatisch tachycardie syndroom (POTS) heb, vallen veel vormen van ontspanning voor mij af. Door de zwaartekrachtintolerantie kan ik niet meer klimmen of lange wandel- of fietstochten maken, door de geluidsintolerantie kan ik niet meer naar concerten, de kroeg of een restaurant, en door de warmte intolerantie kan ik niet meer naar de sauna of in hartje zomer picknicken of barbecueën. Een heleboel no can do’s dus. Ik zou mijn optimistische zelf echter niet zijn als ik niet op zoek was gegaan naar alternatieven die wel haalbaar zijn met de beperkingen van mijn “nieuwe ik”. Zo werd ik dankzij de POTS een echte filmfanaat.

Hoe vind je ontspanning als je niet kunt staan en ook nog eens snel overprikkeld bent door geluid en warmte? Nadat ik lang genoeg gebaald had van alles wat ik niét kon, kwam ik op het idee om ter ontspanning naar de film te gaan. Ik vond dat best spannend, want met de rollator die ik toen nog gebruikte moest ik bij de artiesteningang in een steeg achteraf aanbellen om naar binnen te kunnen (dat noemt men toegankelijk in Nederland). Bovendien was alles gedoe in het filmhuis: de slome lift, eerst naar de ene etage met de toiletten en dan naar de andere etage met de film, waar je als je pech hebt ook weer iemand nodig hebt om je te helpen bij de een speciale ingang. Zelfs als je eenmaal zit ben je er nog niet: je moet regelmatig van je stoel opstaan (en stilstaan) als er een laatkomer of vroegvertrekker langs moet, en het geluid staat zo hard dat ik de film op mijn buik kan schrijven als ik er in de zaal achter kom dat ik mijn oordoppen thuis ben vergeten.

Maar als ik dan eenmaal, als een winnaar bij een mud run, al deze obstakels overwonnen had, dan kreeg ik ook wat: 2 uur lang kon ik mezelf onderdompelen in een andere wereld. Het mooie aan filmhuisfilms vind ik dat ze je niet alleen even een ontsnapping aan je dagelijkse sores bieden, maar ook dat ze je tot denken stemmen over je eigen leven en de wereld waarin we (willen) leven. Bovendien gaan ze niet zo flitsend en knallend voorbij als sommige Hollywoodfilms.

pexels-photo-109669

Nadat ik in één maand wel vijf keer naar de film was geweest, besloot ik een Cineville pas aan te schaffen. Daarmee kun je voor een vast bedrag (€21) per maand onbeperkt films kijken bij aangesloten filmhuizen. Zo ben ik in een jaar tijd naar 25 films geweest.

Geuren en kleuren

Films die me stuk voor stuk meenamen naar een wereld die voor mij niet meer toegankelijk is. Zo zag ik Sweet Country, een Australische Western die me meenam naar de Australische woestijn en de lokale problematiek tussen de inheemse en de geïmmigreerde Australiërs. Met dat heerlijke halfdronken accent waande ik me weer even helemaal terug in de kleuren en geuren van de Australische natuur. Qua natuur genoot ik ook van de films Arjen’s Big Year, over een man die een jaar lang de wereld rondreisde om een wereldrecord vogel spotten te zetten (hij spotte 7000 vogelsoorten in 365 dagen!), terwijl de film Wad: Overleven op de grens van water en land me meenam naar natuur dichterbij huis, namelijk in het ecosysteem van onze eigen Wadden. Bij de film Becoming Astrid raakte ik op slag verliefd op het Zweedse platteland.

Ongegeneerd meehuilen

Inspirerend aan Becoming Astrid, een film over het jonge leven van Astrid Lindgren (jeweetwel, van Pippi Langkous), vond ik de sterke vrouwelijke hoofdrol die laat zien wat moed is: gewoon elke keer weer de beste stap zetten die je op dat moment kunt zetten, al is die stap nog zo klein. Bij deze film heb ik ongegeneerd hard zitten meehuilen met de pijn van verlies die Astrid als jonge moeder heeft gevoeld, en de kracht die zij toch telkens weer wist te hervinden. Een krachtige vrouwelijke hoofdpersoon bewonderde ik ook in het moderne Zweedse sprookje Gräns, welke sterk aan het denken zet over wat ons mens maakt en over wat normaal zijn eigenlijk betekent in onze maatschappij. Hoe ga je ermee om als je van de norm afwijkt; probeer je je aan te passen aan alle anderen of word je juist trots op je unieke identiteit?

Trots

Over dit thema ging ook de documentaire Doof Kind. De maker toont welke meerwaarde het voor zijn dove zoon Tobias heeft gehad om gebarentaal te leren en zichzelf te identificeren met de community van mensen die doof zijn. Tegenwoordig krijgen slechthorende kinderen cochleaire implantaten om gedeeltelijk te kunnen horen en leren zij geen gebarentaal meer. Toch zullen ze nooit helemaal bij de horende mensen passen, want zelfs met zo’n implantaat horen zij nog niet alles. Ze missen dus het beste van beide werelden, terwijl gebarentaal en de dovenuniversiteit waar Tobia naartoe is geweest zijn leven juist enorm hebben verrijkt. Ook in deze film is de boodschap dus weer: wees trots op dat wat jou jou maakt. (N.B. deze docu is nu op NPOstart te zien.)

Samenvattend hebben deze films me dus niet alleen ontspanning en vermaak geboden, maar zeker ook aan het denken gezet over de maatschappij en mijn positie daarin als persoon met beperkingen door chronische ziekte. Hoewel ik de Cineville pas er niet eens financieel “uit” heb gehaald, geeft het een heerlijk gevoel van vrijheid om zo maar het filmhuis te kunnen binnenstappen voor 2 uur analoge ontspanning in het donker. Als ik geen POTS had gehad, had ik al deze momenten van vermaak en bezinning gemist. Niet dat ik nu blij ben met deze ziekte, maar ik ben nu zeker een gelukkige filmfanaat.

Tot slot enkele tips over hoe je een filmhuisbezoek meer POTS-friendly kunt maken:

  • Ga niet op primetime momenten (m.n. in het weekend) als je prikkelgevoelig bent
  • Bel het filmhuis van te voren om te vragen hoe het zit met toegankelijkheid, de lift en parkeren
  • Zorg dat je er ruim op tijd van te voren bent, zodat je de tijd hebt om op de trage lift te wachten en een fijn plekje te zoeken
  • Neem hulpmiddelen mee indien nodig: oordoppen, een krukje voor je voeten, dikke sokken, een vest (wat makkelijk uit kan als je het te warm vindt), een thermosfles zoethoutthee
  • Of, als dit alles niet gaat: maak een thuisbioscoop! Zoek een goede online aanbieder van films op (zie hieronder), dim de lichten, zet je smartphone uit en verstop deze in een lade, nestel jezelf in een dekentje op bank of bed, kijk eerst 2 trailers van andere films voor dat echte bioscoopgevoel en geniet dan thuis van een goede film.

fireplace hone

Streaming tips voor de thuisbioscoop

  • Documentairenet: Gratis documentaires van over de hele wereld.
  • NPOstart biedt natuurlijk (tijdelijk) gratis documentaires en series, maar ook:
    • NPOstart Plus: Voor 2.95 per maand alle NPO programma’s terugkijken
  • NL Ziet: Voor 7.95 per maand álle tv programma’s kijken – ook de commerciële zenders
  • Cinemien (NL & BE): €2.99 per film, voor als je af en toe een film wilt kijken.
  • Cinetree (NL): Voor €7.99 per maand kijk je maandelijks 15 nieuwe films en documentaires
  • Cinemember (NL): Voor €9.99 per maand toegang tot meer dan 500 films.
  • Let op: Je kunt ook altijd zoeken op “<naam van film> watch online”, maar bij open online streaming loop je grote veiligheidsrisico’s voor je computer en je persoonsgegevens. Moet je daar weer mee dealen! Beter is het dus om via één van bovengenoemde websites te streamen.

Ben jij ook filmfanaat geworden? Of heb je nog praktische bioscooptips die ik hier ben vergeten? Deel ze hieronder!

2 gedachten over “Hoe POTS van mij een filmfanaat maakte

Plaats een reactie